Is een banaan, op een muur vastgeplakt met ducttape, kunst? Wat maakt dit werk dan kunst? En wie bepaalt dat eigenlijk?

Ineens schoot het verhaal over de Amerikaanse fotograaf Edward Steichen weer door mijn hoofd. Hij kocht zo’n honderd jaar geleden het beeld Bird in space van zijn vriend Constantin Brancusi, een nu wereldberoemde kunstenaar. Steichen neemt het beeld mee naar de Verenigde Staten. Bij de douane hoeft hij geen invoerrechten te betalen, het gaat immers om een kunstwerk. Maar daar is de douanebeambte het niet mee eens. Hij ziet het werk niet als kunst, maar als bewerkt metaal en brengt het werk onder in de categorie ‘keuken- en hospitaalgoederen’. Steichen moet $ 600 invoerrechten te betalen. Verontwaardigd gaat de fotograaf in beroep tegen deze beslissing. 

De rechtszaak brengt de kunstwereld in rep en roer. Getuigen zeggen dat de kunstenaar het wel een vogel kan noemen, maar dat het daar helemaal niet op lijkt. Het beeld heeft bijvoorbeeld geen vleugels en veren. Ook kunstenaars, waaronder Marcel Duchamp, bemoeien zich ermee. Zij zien juist wel typerende eigenschappen: de opgaande beweging en een gevoel van ruimtelijke vrijheid. 

Uiteindelijk wordt de vraag of de sculptuur kunst is door de rechtbank beslist in het voordeel van Steichen. Doorslaggevend is het argument dat er een nieuwe kunststroming op gang is gekomen, met kunstenaars die werk maken vanuit een abstract idee. Of we dit nou wel of niet een goede ontwikkeling vinden, zo stelt de rechter, doet er niet toe. Feit is dat deze ideeën bestaan en deze de kunstwereld op dit moment diepgaand beïnvloeden.

 De vraag ‘maar is het kunst?’ speelt blijkbaar nog steeds. Is het antwoord van de rechter ook nog actueel?

 

 

Constantin Brancusi, Bird in space, ca, 1925

Edward Steichen, Brancusi’s Bird in space, 1957-1958